Wegens gebrek aan uitbreidingsmogelijkheden neemt Mathieu Oosterlinck in 2006 een 9.000 m² grote site van een voormalige textielfabriek op een zichtlocatie in het industriepark van Zele over. Eerder nam De Pikke Industrie zowat 1.700 m² van de site in huur. 2006 is overigens een sleuteljaar in de geschiedenis van de ijzerwarenhandel. Toen trad De Pikke als kleine onderneming toe tot aankoopvereniging Groco. Toen Groco twee jaar later toetrad tot het Nederlandse Necomij, dat later zijn activiteiten met Zevij versmolt, kreeg De Pikke in eerste instantie toegang tot de bouwmarkt, later tot het IVANA-label van het toenmalige Necomij, dat een eigen productaanbod van gereedschappen en bouwbeslag overkoepelt en in België door Groco in exclusiviteit wordt gecommercialiseerd.
“Onze initiële focus op metaal en industrie werd zodoende aangevuld met een breed assortiment voor de bouw. Een en ander legde de basis voor een stelselmatige ontwikkeling tot een “echte” vakhandel die zich positioneert als toeleverancier aan de metaalsector, de industrie en de bouwnijverheid”, geeft Mathieu Oosterlinck aan. Tien jaar terug richtte echtgenote Caroline De Smedt een afdeling PBM’s (persoonlijke beschermingsmiddelen) en outdoor-kledij op, die initieel in de oorspronkelijke winkelruimte in centrum Zele werd ondergebracht. Toen ook ijzerwarenhandels meer en meer op het belevingsaspect gingen inzetten, werd die divisie in 2018 binnen De Pikke geïntegreerd. Dat telt intussen zestien medewerkers (12 FTE’s). Op de klantenlijst staan een 4.000-tal actieve bedrijven. “Op vandaag is De Pikke een referentie als generalistische aanbieder voor bedrijven in de beoogde sectoren”, zo nog onze gesprekspartner.
Binnen de huidige constellatie willen Oosterlinck en echtgenote De Pikke verder uitbouwen tot een toonaangevende speler die industrie en bouw in de regio tussen Gent, Antwerpen en Brussel met sterke kwaliteitsmerken en een uitgesproken service-gerichtheid faciliteert. Eén aspect van die service-gerichtheid blijkt onder meer uit de toenemende aandacht voor klantenbeleving die de KMO betoont. “Klassiek binnen de ijzerwarenbranche is dat klanten een steeds groter assortiment willen, maar tegelijk ook meer beleving. In 2013 breidden we onze accommodatie uit met een nieuwe toonzaal die de bestaande oppervlakte met 2.700 m² tot 3.700 m² uitbreidde. Begin 2023 zullen we daar nog eens 1.000 m² aan toevoegen terwijl de integratie van nieuwe variëteiten ook tot de uitbreiding van ons magazijn met 500 m² tot 1.250 m² noodzaakt”, zo nog de zaakvoerder.